Mensen staan meer open voor wol dan twintig jaar geleden

Interview met christien Meindertsma

Foto van Christien Meinderstsma in een atelier, omringt door producten van wol

Ontwerper en onderzoeker Christien Meindertsma heeft iets met wol. Zo studeerde ze af aan de Design Academy Eindhoven op het concept One Sheep Sweater, een trui van de wol van één schaap. Én ze heeft iets met Rotterdam, de stad waar ze tot voor kort woonde. Toen ze gevraagd werd mee te werken aan het project De Zachte Stad hoefde ze dan ook niet lang na te denken.

“De Zachte Stad is voor mij een droomopdracht. Alle kennis die ik in de afgelopen jaren heb opgedaan over ontwerpen en produceren met lokale wol kon ik kwijt in het onderzoek naar de kwaliteiten van de Rotterdamse wol. En dat gecombineerd met mijn liefde voor het materiaal. Ik hou heel erg van wol. Het is zacht en tegelijkertijd oersterk. Bovendien is er geen materiaal dat kleuren zó intens weergeeft, heel anders dan bij katoen bijvoorbeeld. Ook de klassieke productietechnieken die erbij horen, het spinnen, weven en vilten, vind ik mooi.”

“Dat de productie nagenoeg uit Nederland is verdwenen, vind ik jammer. We hadden nota bene de mooiste wolindustrie ter wereld, in Leiden en Tilburg. In Ierland, Engeland en Duitsland is spinnen, weven en vilten nog veel meer onderdeel van de cultuur, daar hebben ze echt nog liefde voor het materiaal en het proces. Voor het verwerken van de Rotterdamse wol ben ik dan ook daarheen gegaan.”

“In Nederland zijn we de laatste decennia erg gefocust op kunststoffen. Schuimvulling in auto’s en meubels is bijvoorbeeld vaak gemaakt van composieten, terwijl wol – dat veel milieuvriendelijker is – daar ook zeer geschikt voor is. De tijdsgeest is overigens wel aan het veranderen. Ik merk dat weer meer mensen actief bezig zijn met wol, of meer open staan voor het gebruik ervan dan twintig jaar geleden.“

“Mijn opdrachtgever verwachtte dat ik een rapport zou schrijven, maar dat past niet bij mij. Ik doe ontwerpend onderzoek, ik ga het gewoon meteen dóen! Ik ben gaan experimenteren met allerlei bewerkingen en heb en passant zelfs een uitvinding gedaan: ik ontdekte dat je zonder water te gebruiken machinaal 3D kan vilten met wol. Dat maakt het mogelijk om er grotere objecten mee te maken, zodat het bijvoorbeeld schuimrubber zou kunnen vervangen.”

“Het zou mooi zijn als de wollen producten die ik momenteel ontwikkel, samen met Rotterdammers een natuurlijk onderdeel van de stad kunnen gaan vormen. Een stoer bomberjack van Rotterdamse wol bijvoorbeeld, of een heel klassiek pak van Rotterdamse tweed. Of wat te denken van een wiegdekentje, gemaakt van pure Rotterdamse schapenwol? In de garens en het vilt dat ik van de wol maak heb ik een gekleurde spikkel toegevoegd van oude Rotterdamse wollen truien. Zo mengt de wol zich op een feestelijke manier met de bewoners van de stad.“

Foto van twee handen die een stuk gebreide wol vasthouden